Bouwhistorische ontleding

Bouwhistorische ontleding

De bouwhistorische ontleding is het meest diepgaande onderzoek en kan worden gezien als uitbreiding/aanvulling op de bouwhistorische opname, waarbij aangebrachte interieurafwerkingen geheel of gedeeltelijk worden verwijderd. Vaak worden specialisten ingeschakeld voor aanvullend onderzoek zoals;

  • Dendrochronologisch onderzoek,
  • Materiaaltechnisch onderzoek,
  • Interieurhistorisch onderzoek,
  • Kleurhistorisch onderzoek,
  • Tuinhistorisch onderzoek.

Dendrochronologisch onderzoek

Dendrochronologie is het onderzoek naar gebruikshout waarbij het gedateerd wordt aan de hand van jaarringen in houtmonsters. Naast datering levert het ook kennis op over de herkomst van het hout, klimaatontwikkelingen, maar ook over ontwikkelingen in de bouw, wat cultuurhistorisch uitermate interessant is.

Materiaaltechnisch onderzoek (bouwtechnisch inspectie)

Verborgen gebreken liggen bij een monument altijd op de loer. Tijdens het materiaal-technisch onderzoek wordt de technische staat van het monument onderzocht. Daarbij wordt rekening gehouden met de bestaande constructies en kijken we onder andere naar de staat van metsel- en voegwerk, vloeren, plafonds en kapconstructies. Ook controleren we op de aanwezigheid van asbest.

Interieurhistorisch onderzoek

Vaak zijn de aanwezige interieurs van monumentale gebouwen niet als één geheel ontworpen, maar in de loop van de tijd aangepast. Hoe beslis je bij een restauratie welke elementen beschermd en behouden moeten worden?

Onderzoek naar historische interieurs betreft het samenhangende geheel van architectuur, decoratieve afwerkingen en meubilair. Een historisch interieur is tijd- en context gebonden. Regelmatig werd een interieur in zijn geheel veranderd om te voldoen aan nieuwe trends en/of technieken. Meubilair en andere objecten werden regelmatig voor een specifieke plaats ontworpen in samenhang met de afwerking van de wanden, vloeren en plafonds en de vaste inrichting zoals deuren en schouwpartijen.

Bij interieurhistorisch onderzoek wordt onderzocht welke elementen bij restauratie beschermd en behouden moeten worden. Oftewel, welke elementen van een historisch interieur of interieurensemble zijn het waard om zichtbaar en beleefbaar gemaakt te worden. Een interieurhistorisch onderzoek vormt de basis om een visie hierover op te stellen en beschrijft het (cultuur)historisch, artistiek, wetenschappelijk of technisch belang van het interieur.

Kleurhistorisch onderzoek

Bij het renoveren en restaureren van een monumentaal pand wordt er bijna altijd geschilderd. De schilder kan echter niet zomaar een pot verf pakken. Bij vermoedelijke bijzondere afwerkingen in het interieur of exterieur kan kleuronderzoek worden gevraagd door controlerende instanties. Kleuronderzoek wordt gedaan aan bijvoorbeeld kozijnen, deuren en/of trappen.

Tijdens het kleuronderzoek wordt de afwerking uit de verschillende bouwfasen onderzocht. Met een scalpel worden verflagen bloot gelegd in de vorm van stratigrafieën. De stratigrafieën, ook wel kleurtrapjes, geven een nauwkeurig beeld van alle verflagen en de onderliggende materiaalsoort. Daarna kan hieruit een verantwoorde keuze worden gemaakt voor de nieuw aan te brengen afwerking. Het kleurhistorische onderzoek levert zo een bijdrage aan een goed restauratieplan.

Tuinhistorisch onderzoek

Tuinhistorisch onderzoek is het onderzoek naar groen erfgoed, waar naast tuinen en parken ook begraafplaatsen en openbaar groen onder vallen. Groen erfgoed bevat naast vaste elementen als paden, terrassen en tuinsieraden, levende elementen als planten en bomen die per seizoen en jaar veranderen.

Bij een tuinhistorisch onderzoek wordt gekeken naar het ontwerp, van gedachte tot uitwerking, van plantensoorten tot gebruikte materialen. Ook komen de samenhang tussen aanwezige historische elementen en de verschillend tijdlagen naar voren.

Net als bij bouwhistorisch onderzoek wordt tuinhistorisch onderzoek uitgevoerd conform Richtlijnen tuinhistorisch onderzoek (2010) opgesteld door de RCE. En wordt een waardestelling gemaakt die als toetsingskader kan dienen bij beheer-, onderhouds- of restauratieplannen.

Stel hier uw vraag